top of page
  • Foto van schrijverLinde

Ons Thuis Presenteert U: Eloïse De Slaapprinses

Over de geboorte en de huidige status van onze vierde baby


Een buitengewone, fabelachtige, verbazingwekkende en onthutsende gebeurtenis heeft zich voorgedaan: ik heb tijd.


Op dit ogenblik bevind ik me in een 100% ongestoorde tweepersoonskamer (waarvan het tweede bed onbezet is) op de kraamafdeling, waar enkel het geluid van de ventilatie en de occasionele geluidjes van een slapend babymeisje van twee dagen oud te horen zijn.


Er is hier tijd om te rusten, te bidden, te hechten met het nieuwe kindje en me volledig te focussen op de borstvoeding. Nooit gedacht dat dit in mijn hectisch leven als moeder van vier kinderen zo snel zou voorvallen!


Over de komst van dit nummertje vier wil ik in deze blogpost graag een aantal dingen vertellen. En jullie uiteraard overladen met babyspam.


[Noot: bovenstaande werd geschreven op 19 november. Intussen is Eloïse al drie weken oud. Uiteindelijk bleek ik toch niet zo veel tijd te hebben op de kraamafdeling…]


Over de bevalling


Ik blijf me erover verbazen hoe een bevalling een levensles is over gebrek aan controle. Het leert ons dat, spijts al onze ervaring en wetenschappelijke kennis, we op bepaalde zaken uiteindelijk geen grip hebben. Een bevalling heeft iets apocalyptisch: “want gij kent dag noch uur” waarop de Heer terugkomt (Mt. 25:13). Hoeveel tekenen er ook aan de wand zijn, je tast hoe dan ook in het duister over wanneer de bevalling precies zal aanvangen. Al meerdere centimeters ontsluiting? Betekent niet per se dat de geboorte imminent is. Bijzonder slecht slapen, plots opkomende misselijkheid, slijmprop verloren? Kàn een prelude zijn van de bevalling, maar het hoeft niet per se. Al dagenlang voorweeën? Kunnen nog wel even aanhouden.


In mijn concrete geval dacht ik al op 36 weken dat de bevalling misschien plots kon beginnen. De gynaecoloog had geconstateerd dat mijn baarmoederhals al met ongeveer de helft was verkort. Het besef kwam dat het mogelijk was dat mijn hele planning en nog-te-doen-lijst overhoop gegooid kon worden door de komst van een baby die uiteindelijk komt wanneer hij wil… maar de baby kwam niet.


De 37-weken-in-verwachting-buik...


Op 38 weken begon er dan iets dat nieuw was voor mij: pijnlijke contracties (sommige van die aard dat je moeilijk nog kunt verbergen dat je last hebt). Maar ook hier zette er zich nooit iets ‘door’.


Bij de consultatie met de vroedvrouw op 39 weken was er dan al een aantal centimeter ontsluiting. Opnieuw begon ik te gissen – en opnieuw moest mijn conclusie luiden dat ik gewoon geen houvast had over het moment waarop de bevalling zou beginnen.


(Als ik erover nadenk, ‘begint’ een bevalling natuurlijk niet plots, zeker bij een vierde kind niet. Maar al die tekenen zijn in zekere zin de bevalling die al begonnen is, alleen het laatste intensieve gedeelte nog niet dat uitmondt in de geboorte.)


En toch heeft onze kleine dus nog gewacht tot 40 weken (exact op haar uitgerekende datum, 17 november 2021) om zich een weg naar buiten te banen.


De dag voor ze geboren werd, voelde ik voor het eerst een aantal pijnlijkere contracties na elkaar. Bij de vorige baby was het exact zo begonnen en had ik de echtgenoot nog zelfverzekerd op het hart gedrukt dat hij kon vertrekken naar kantoor – hij was uiteindelijk bijna te laat terug om de bevalling nog mee te maken omdat alles zo snel ging. Maar nu ging het dus weer anders. Klassiek verhaal van voor aap staan: familie en oppas mobiliseren, die hun eigen afspraken voor die dag beginnen af te zeggen enzovoort, om een uur later te moeten melden dat het vals alarm was. Ik tastte in het duister of het nu voor de komende dagen zou zijn of niet…


Kort na middernacht, na ongeveer een uurtje slaap, pookte ik de echtgenoot wakker met de melding dat ik nu ‘echt wel een pijnlijke contractie’ had gevoeld. Er waren geen regelmatige weeën, maar toch voelde ik dat ik precies al ver was. Er was een soort spanning die ik herkende van de vorige bevallingen. En ik wilde naar het ziekenhuis om te kijken hoe ver ik stond (mijn ervaring met de vorige geboortes was immers dat er telkens op een bepaald moment een weeënstorm kwam en daardoor was het heel moeilijk om nog een epidurale te zetten; ik wilde die voor zijn). Een spoedberaad volgde over de opties qua oppas – je wilt immers niet nodeloos iemand uit zijn bed trommelen in het holst van de nacht, waarbij de resolutie was dat we een babyfoon zouden zetten tot de echtgenoot weer terug was. En dus reden we om 2u30 ’s nachts naar het ziekenhuis (goedkoopste Cambio-rit ooit: twee euro).



Daar aangekomen wandelde ik vrolijk de nachtingang binnen, en toen we de nachtverpleegster meldden dat we voor een bevalling kwamen keek die nogal vreemd op. Bij het verloskwartier was de scepsis nog groter. ‘Maar mevrouw, u ziet er helemaal niet uit alsof u aan het bevallen bent.’ Waarop ik antwoordde: ‘Euh, ik zou me graag laten onderzoeken, ik heb enkele pijnlijke weeën gehad, euh…’ Maar het onderzoek wees uit dat ik effectief al ver stond, terug naar huis gaan was niet meer aan de orde. Volgende keer brul ik eruit 'MEVROUW IK HEB WEL AL ERVARING VAN VIER BEVALLINGEN HE', neem ik me sereen voor.


Toen is alles zeer snel gegaan. In anderhalf uur tijd naar bijna volledige ontsluiting gegaan, alles werd met spoed klaargemaakt… om daarna vast te stellen dat het weer stilviel. Teruggaan in ontsluiting van negen naar zes cm: het is dus mogelijk. Baby nummer vier bleek, zoals baby nummer één, ook een sterrenkijker, wat voor erg pijnlijke weeën zorgde die niet productief waren. Een epidurale verdoving, weeënopwekkers en een temporele inzinking later, zag de baby het levenslicht, omstreeks 10 uur ’s ochtends. Het meisje heeft zich in feite in de juiste positie gedraaid toen we de Rozenkrans zijn beginnen bidden!


Naam van deze prinses? Eloïse. Bijzondere kenmerken? Voeten die al onmiddellijk te groot zijn voor eender welke pyjama, vingers als harken, en een ontzettend schattig snoetje.



Over de baby van nu 24 dagen oud


Momenteel gaat alles heel goed. Ik kan zelfs niet zeggen dat het zwaar is. (Terwijl de eerste maanden met een nieuwe baby bij mij toch in het bijzonder bekend staan als ‘zwaar’.)


Ik vraag me af in welke mate dat inherent is aan de baby en in welke mate het aan onze nieuwe aanpak ligt. Want we pakken een en ander nogal verschillend aan dan bij de vorige baby’s, waarvan de meest in het oog springende maatregel ‘de prikkelarme ruimte’ is waarin Eloïse voltijds ligt. Graag wijd ik een volgende blogpost integraal aan die maatregel, waarom het voor ons een goede oplossing is enzovoort. Ik blijf nieuwe inzichten en bedenkingen opdoen over onrustige baby’s!




Drie redenen waarom het momenteel niet lastig is:


1) De baby is in staat om apart te slapen. Ze moet niet voortdurend gewiegd worden om in slaap te blijven (als ze een krampje of ander pijntje voelt bijvoorbeeld). Het duurt wel lang voor ze in een diepe slaap valt, vooral ’s avonds. Soms kan dat uren duren. Hoe ik het aanpak is om haar rustig te maken en dan weg te leggen; dan blijft ze even kalm en begint ze na x aantal minuten opnieuw te huilen; we herhalen het proces tot ze uiteindelijk in slaap valt. (Waarmee ik niet wil zeggen dat dit een wonderoplossing is, bij Edward en Theodoor had dat gewoon niet gewerkt omdat ze instant begonnen te huilen wanneer ik hen neerlegde.) Hierbij gebruik ik soms ook het redmiddel ‘aan de borst leggen om in slaap te laten vallen’, in dit stadium maak ik me niet zoveel zorgen dat dat een verkeerde slaapassociatie is. Als ze dan aan de borst in slaap valt leg ik haar wel zo snel mogelijk weg, ik denk dat dit helpt: hoe meer ze zelfstandig in slaap valt, hoe meer ze ook zelfstandig in slaap kan blijven.


Bij Edward zat ik al snel in een patroon van de baby die steevast aan mijn lijf plakt: voor de borstvoeding, voor élk dutje, voor het slapen ’s nachts, en wanneer hij getroost moest worden (wat zelden niét het geval was). Dat was mentaal slopend, vooral omdat hij zoveel huilde. Dan heb je immers extra nood om regelmatig fysiek weg te zijn van je baby. Pas bij de ziekenhuisopname is er een switch gemaakt want daar kon het uiteraard niet anders dan dat hij alleen lag. Die gewoonte hebben we dankbaar aangenomen thuis; het feit dat hij sindsdien in een aparte kamer sliep maakte de situatie al heel wat draaglijker.


Op haar H. Doopsel, 5 december.


2) Baby laat grote stukken tussen ’s nachts. Wat een zegen! Edward liet de eerste twee weken ook wel 3u30 à 4 uur tussen de voedingen ’s nachts (maar geleidelijk aan werd het slechter), dus ik wachtte even voorzichtig af. Maar nu zijn we toch al dik drie weken ver en het wordt alleen maar beter eigenlijk. Nadat ze vertrokken is naar dromenland (wat ongeveer rond 23u-00u is) wordt ze eigenlijk maar één keer wakker ’s nachts. Ik ben nog steeds niet vrij van paniek, bijvoorbeeld als er een moeilijker dagje is geweest met minder regelmaat en slechte voedingen… maar het vertrouwen groeit dat Eloïse gewoon erg snel zal doorslapen. Soms staan we tegenwoordig meer op voor Edward (nu 14 maanden) dan voor haar. 😉


3) We zitten in een goed ritme van slapen-eten-eventjes wakker-slapen. In die zin is er nu al een behoorlijke voorspelbaarheid: ondenkbaar bij mijn vorige baby's.



Eloïse slaapt eigenlijk keiveel. Wat op zich normaal is. De andere baby’s sliepen gewoon abnormaal weinig voor pasgeboren baby’s. En bij de eerste baby wist ik nog niets van babyslaap af dus ik liet haar vast altijd te lang wakker en er was geen echte regelmaat, wat resulteerde in een oververmoeide en overprikkelde baby die weigerde te slapen.


Eloïse de slaapprinses.


We zijn zo ontzettend dankbaar voor deze kleine meid.


Welkom in het gezin, Eloïse.



Tot binnenkort,

Linde


Heeft deze post je geholpen of aangesproken? Klik dan op het hartje. Doorsturen en delen is zeer gewaardeerd! Volg me op instagram en facebook.





412 weergaven0 opmerkingen

Recente blogposts

Alles weergeven
Post: Blog2 Post
bottom of page